Baudelaire aan Auguste Poulet-Malassis. Parijs, vrijdag 19 of 26 september 1862.
Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode
AAN AUGUSTE POULET-MALASSIS
Parijs, vrijdag 19 of 26 september 1862.
Beste vriend,
Acht dagen geleden beloofde de heer Lemercier me opnieuw dat hij de wissel niet aan de curator zou voorleggen.
Als hij sindsdien van gedachten is veranderd, dan betekent dit dat hij er in eerste instantie alles wil uithalen wat hij kan en dan zijn toevlucht nemen tot mij, voor het verschil wat over is.
Ik geloof dat ik me kan herinneren dat hij me iets liet tekenen ooit waar alleen mijn verantwoordelijkheid uit blijkt. Maar, ik verzoek u, laten we geen vuur aanwakkeren.
Ik zal de sleutel van dit mysterie nog wel krijgen.
Uw Montrouge is een groot obstakel waardoor wij elkaar niet net zo makkelijk kunnen zien als vroeger, maar ik moet u echt nodig zien om ergens nauwkeurig over te praten, u weet wel waarover.
Wilt u dat ik een heerlijk diner bestel in mijn hotel zondag?
Dan kunnen we de kwestie Michel tot op het bot uitdiepen en op allerlei manieren bekijken. We moeten koste wat kost veel geld hebben zowel voor u als voor mij.
Uw toegewijde,
C.B.
Een briefje terug, alstublieft.
Tracht om hier te kunnen komen, want voor mij is het onmogelijk hier weg te gaan.