Baudelaire aan Madame Aupick, Parijs, 11 juni 1858.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

AAN MADAME AUPICK
Parijs, 11 juni 1858.

 

    Mijn hemel! Je hebt mijn brief niet begrepen: ik vroeg je om te zeggen:

    Dat ik nog niet in Honfleur gevestigd was.

    Ik had je gevraagd mijn adres door te geven (Quai Voltaire 19), wat mooi het bewijs is dat ik als enige verantwoordelijk ben van wat ik heb gedaan.

    Ik had je gevraagd om te weten te komen of ik geld schuldig was en AAN WIE ik dat geld moest sturen in Honfleur, of dat men het in Parijs aan me zou vragen te betalen.

    Dat was alles. Als ik ook maar mocht durven te rekenen op jouw adres, dan zou ik je vragen, nadat je de naam van de persoon hebt gevraagd aan wie dat geld gegeven moet worden, die persoon dan te laten weten dat ik binnen een tijdsbestek van twintig dagen in Honfleur zal zijn, en dat het bedrag betaald zal worden door mij (het is de bedoeling dat het met het manuscript van L’Opium betaald gaat worden).

    In plaats van zoiets simpels te begrijpen, zit je drie pagina’s lang te zoeken om me te overtuigen dat ik op jou rekende. Ik was verstrooid, en nu heb ik er beter zicht op.
Maar jij wilt dus echt dat ik indiscreet, dom, egoïstisch en ondankbaar ben.

    Alsjeblieft, doe gewoon wat ik van je vraag, en niets meer.

    Wat je me zegt over mijnheer Émon is heel alarmerend, zonder dat je het weet.
Als wij samenwonen, dan zal ik uiteraard altijd op mijn hoede moeten zijn, om hem te verhinderen gevaarlijk vrijpostig te worden.

    Het spijt me moeder, dat ik je ongerust heb gemaakt. Ik geloof niet dat ik je in gevaar heb gebracht. In ieder geval moet je wel weten dat ik nooit het idee heb gehad om jou een deel van mijn schulden te laten betalen.

De medewerking die ik van je vraag is uiterst miniem.
Waar het mij alleen maar om gaat is de kosten van een vervolging te ontduiken en tijd te winnen om een manuscript af te maken en de kwestie van mijn vonnis op te lossen. Ik omhels je en maak je nogmaals mijn excuses.
Maar je hebt je wel vergist.

Snel, schrijf me terug.

Charles.

  Inhoudsopgave     Volgende brief