Charles Baudelaire, aan Auguste Lacaussade. Parijs, half augustus 1861.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

 

AAN AUGUSTE LACAUSSADE
Parijs, half augustus 1861.

 

Geachte heer,

    In afwachting van de Guys, waarvoor ik schuld beken, maar die ik voor de vierde keer in behandeling ga nemen en die ik niet langer kan laten wachten dan tot morgen of overmorgen, - wilt u zo vriendelijk zijn om even een blik te werpen op deze sonnetten?
Ik hoop dat zij u zullen behagen.
Er is een samenhang die hen alle vier verbindt, en die makkelijk te zien is.

Geheel de uwe,

C.B.

  Inhoudsopgave     Volgende brief