Charles Baudelaire aan Auguste Vacquerie. Parijs, 4 april 1861.
Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode
AAN AUGUSTE VACQUERIE
Parijs, 4 april 1861.
Beste Vacquerie,
Het zou zeer ondankbaar van me zijn als ik u niet zou bedanken.
Ik heb de vervelende eigenschap om te lijden tijdens voorstellingen, en zelfs de toneelstukken niet te begrijpen.
Maar u heeft mijn aandacht zo weten vast te houden alle zeven aktes lang, dat u mag zeggen dat u een wonder heeft verricht.
Ik had al jaren geen toneelstuk beluisterd.
En dan deze, en een hele mooie. Heel ordentelijk.
Vol logica en constant groots. Wat nog het mooist is, is dat de aandacht nooit afzwakt ondanks de verkorte conclusie.
Het lijkt juist of die verdubbelt en bang is om alle andere schoonheden van het stuk niet te evenaren.
Wat zult u gelukkig zijn dat u op deze manier alles wat in een idee zit weet te extraheren! Serieus, zonder leugen en zonder vleierij, u heeft me een groot genot gegeven, en het is lang geleden dat ik zoiets mocht ervaren.
Naast al uw talent dat u heeft bewezen te bezitten, loof ik u zeer voor het feit dat u een altijd levendige, gepassioneerde handeling gebaseerd heeft op een pure abstractie, op een zo vaag en ongrijpbaar idee dat eer heet (dit zijn niet mijn woorden).
Ik denk zelfs dat het publiek een beetje verdoofd is van zo’n originaliteit. Het is zo lang geleden dat het dat gezien heeft!
Ik vind dat uw omkoopbare struikrover waar u mij zo hoog over opgegeven had, zijn rol veel te precies distilleert en opdist.
Die nauwkeurigheid maakt het komische gedeelte kil en koud als een hors-d’oeuvre.
Ik vind dat het personage (de acteur) uit zijn scène valt en het perspectief vervormt.
Wat Rouvière betreft, zeg tegen hem, als u hem ziet, hoe blij hij mij gemaakt heeft.
U zult wel blij geweest zijn met hem, en met zijn grandeur en zijn elegantie in het heldendom.
En nu ga ik er nog een keer heen, met mijn eigen geld ongetwijfeld.
Alleen als ik u nog een keer nodig mocht hebben, dan zou ik het tegen u zeggen zonder me te schamen.
Ik wil het hele mechanisme van dat geval nog een keer bestuderen.
Uw toegewijde,
Ch. Baudelaire.