Charles Baudelaire aan Jules de Saux. Parijs, 12 februari 1862.

Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode

Vertalingen Vivienne Stringa.

 

AAN JULES DE SAUX
Parijs, 12 februari 1862.

 

Geachte heer,

    Ik begrijp heel goed uit uw brief dat u een grote welwillendheid jegens mij aan de dag hebt gelegd maar dat ik niettemin in geen geval een volgende eis mag indienen.
Ik schrijf u dus alleen maar met het verzoek om, als dat mogelijk is, deze welwillendheid te verhogen. Eind december was mijn toestand zeer ernstig, dus gaat u maar na hoe gespannen die momenteel is, sinds vier maanden hoor bij geen enkele krant.

    Ik vind het zeer belangrijk dat ik u niet onnodig ophoud, maar tegelijkertijd kan ik niet bij iedere nieuwe schok er voor zorgen dat ik niet aan u terugdenk.

Hoogachtend,

Met excuses,

Charles Baudelaire.

  Inhoudsopgave     Volgende brief