Charles Baudelaire. Brieven aan zijn moeder. Brussel, 26 maart 1866
Charles Baudelaire
Brieven aan zijn moeder. Gehele correspondentie
Vincent van Gogh. 1853–1890.
Brussel, maandag 26 maart 1866.
Lieve moeder,
Omdat je eist van me dat ik je gelijk terugschrijf, moet je wel weten dat mijn naam achterstevoren schrijven zwaar werk is voor mijn hersenen.
Ik geloof dat mijnheer Ancelle die 1000 frank niet gaat opsturen naar mevrouw Lepage.
Ik wil niet dat hij me komt halen.
Twee dagen voor mijn aanval bood een vriend uit Parijs me geld aan van mijn vrienden als ik me ziek voelde en plotseling naar Frankrijk terug zou willen keren.
Ik heb daar nee op geantwoord, omdat ik dacht dat ik er binnenkort zelf heen zou gaan.
Al mijn vrienden en de artsen zijn van mening dat ik een half jaar al het literaire werk moet laten liggen, en dat ik een plattelandsleven moet gaan leiden.
(Mijnheer Léon Marcq, place de l’Industrie 10.)
Hoe gaat het met jou?
Veel liefs. Charles.
Gehele correspondentie Volgende brief