Charles Baudelaire. Brieven aan zijn moeder. Brussel, 30 maart 1866
Charles Baudelaire
Brieven aan zijn moeder. Gehele correspondentie
Vincent van Gogh. 1853–1890.
Brussel, vrijdag 30 maart 1866.
Lieve moeder,
Het antwoord dat maandag is verzonden is dinsdagavond bij jou aangekomen. Woensdag, donderdag en vandaag al vrijdag, je had toch wat van je kunnen laten horen, en dat heb je niet gedaan omdat je denkt dat je denkt dat ik me alleen maar druk maak om mezelf.
Je moet echt wat van je laten horen, hoe het met je gaat.
Ik heb een brief van Ancelle gehad waarin hij zegt dat hij binnenkort komt.
Dat is niet nodig, is op zijn mist voorbarig.
- omdat ik niet in staat ben om te bewegen;
- omdat ik schulden heb;
- omdat ik nog zes steden moet bezoeken, laten we zeggen dat ik daar twee weken voor nodig heb.
Ik wil niet het resultaat van zo’n lang werk verliezen.
Ik voel dat het hem vooral aan het hart ligt om jou een plezier te doen en je te gehoorzamen, daarom schrijf ik je daar ook over. Ik ben daarbij dan ook bereid om zo snel mogelijk terug te komen.
Schrijf me een lange brief en heel precies over jezelf.
Ik omhels je met heel mijn hart. Charles.
Gehele correspondentie Madame Aupick Archambault-Dufaÿs