Charles Baudelaire. Brieven aan zijn moeder. Parijs, eind maart of begin april 1842.
Charles Baudelaire
Brieven aan zijn moeder. Gehele correspondentie
Pierre Puvis de Chavannes, 1824 — 1898.
ZoomParijs, eind maart of begin april 1842.
Ik kom net bij Mijnheer Place vandaan. Ik heb het huis voor 225 gekregen – en ik neem het want er is niets anders, en omdat ik de eenzaamheidswoede heb.
Schrik niet van de prijs.
Als ik niet genoeg heb om van te leven heb ik het ferme voornemen – bij gebrek aan literair werk – om mijn voormalige leraren te vragen om me lesuren te geven om de leegte in mijn beurs op te vullen.
Als de eigenaar bij jou komt voor inlichtingen over mij, dan smeek ik je, ga me dan niet op een onhandige manier een poets bakken.
Later krijg ik misschien nog een korting – alsjeblieft, laat die acajoutafel schoonmaken en laat het nachtkastje repareren – stuur die oude matrassen met de lakens en een deken – naar Quai de Béthune 10 - zorg ervoor dat mijn broer zo snel mogelijk komt.
Door die belachelijke domheid die ik gisteren heb begaan heb ik een slechte nacht gehad. – Dat netjes lopen iets moeilijks is?
Gehele correspondentie Volgende brief