Correspondentie Baudelaire, aan Maxime Du Camp. Parijs, 6 augustus 1857.
Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode
AAN MAXIME DU CAMP.
Parijs, 6 augustus 1857.
Beste Du Camp,
U heeft me met uw uitmuntende hartelijkheid toestemming gegeven om gebruik en misbruik te maken van u. Wilt u mij de volgende kleine gerechtigheid doen zodat ik er een beetje gebruik van kan maken voor mezelf.
Mijnheer Ernest Lebloys, die u deze brief zal overhandigen, is veel beter dan ik, en ik zou graag wensen dat hij de steun van mijnheer Laurent-Pichat krijgt die me nogal ruw heeft laten weten dat ik geen zuiver man was.
Mijnheer Lebloys heeft alle kwaliteiten die u zo aardig maken, en ik denk dat hij uw vriend zal worden.
Dat dank ik tenminste zelf, ik die er altijd op sta om geheel de uwe te zijn.
Nouvelles, artikelen, wordt het maar eens met hem, ik kan u er niet meer over vertellen, want ik weet al heel lang niet wat er zich afspeelt bij La Revue de Paris, en ik heb er trouwens nooit iemand anders gekend dan u.
Geheel de uwe,
Ch. Baudelaire.