Correspondentie Baudelaire, aan Mme Aupick. Parijs, vrijdag 21 juli 1854.
Charles Baudelaire
CORRESPONDENTIE
Tweede deel volwassen periode
AAN MADAME AUPICK
Parijs, vrijdag 21 juli 1854.
Eigenlijk maak je me treurig met je sterke verbeeldingvermogen. Je moet de dingen zonder uitvergrotingen zien.
Ik heb je brief vanochtend pas gelezen. Als ik daar op zou antwoorden, dan had ik tien pagina’s nodig.
Mijnheer Ancelle maakt me treurig met zijn ongeneeslijke ongeïnteresseerdheid, Jeanne, het toneelstuk dat ik nog moet maken, het werk waar ik aan vastgebonden zit, Arondel met zijn slijmerige stem die elke ochtend tegen me zegt: “Zo!
Dus u slaapt nog?” en dat al sinds twee en een halve maand – alsof de wereld niet weet dat ik altijd ’s ochtends naar bed ga. Dat alles draait rondjes in mijn hoofd. Een brief schrijven wordt een heel werk, en momenteel heb ik niet het recht om twee uur aan een brief te besteden. Meerdere ziekelijke dromerijen van je zijn niet waar. – Goud, goud, dat is het enige uit je brief dat goed aansluit op mijn gedachte.
Dat verhaal van Le Constitutionnel is een kinderlijke aanstellerij, ik heb zelf mijn eigen fragmenten weer opgehaald en dat zal gecompenseerd worden met een voordeliger overeenkomst.
Blijkbaar lees jij de kranten niet, en heb je dus ook niet de definitieve aankondiging gezien van Le Pays, een advertentie die de oorzaak is van mijn gedwongen activiteit.
Jouw veronderstellingen en je eigenliefde met betrekking tot mijn hotelbaas zijn misplaatst. Dit huis is een huis van wanorde en ik wil hier zo snel mogelijk weg, maar die man vraagt me steeds maar weer om geld, omdat hij dat zelf steeds nodig heeft, en hij is mij grote waardering schuldig. Ik heb hem trouwens al 235 frank gegeven.
Dus, bespaar me een lange brief, kom naar me toe, en betaal deze loopjongen, zonder angst voor die man, meteen, als je kunt, als je thuis bent.
Als je er niet bent, kom dan na het eten, ik ga alleen het huis uit na 9 uur om naar le Pays te gaan, soms om 11 uur om naar Le Gaîté te gaan.
Probeer een beetje geld mee te nemen, ik zal je uitleggen waarom.
Ik ben niet meer bij de plannen, en je zegt dat alleen een gewone uitleg ervan je plezier zou doen, - ik ben nu bij het gedwongen dagelijks uitvoeren ervan, en ik ben verplicht om ineens de gewoonte aan te nemen van het regelmatige werken.
Mijn brief wordt langer, en zoals ik al zei, ik vertel je liever vol vuur wat er gebeurd is sinds ik je heb gezien, en ook alle aankomende hoop en alle huidige angsten.
Charles.