Correspondentie Baudelaire: België, aan Narcisse Ancelle. Brussel, maandag 22 januari 1866.
Charles Baudelaire
Brussel, België.
- Door Vivienne Stringa
- 12-11-2017
- Vertalingen: Correspondenties
AAN NARCISSE ANCELLE
Brussel, maandag 22 januari 1866.
Beste vriend,
Dat zware werk van het ordenen was nog niet af.
Het werd onderbroken door een terugkeer van zenuwaanvallen, duizelingen, misselijkheid en valpartijen.
Ik kreeg zelfs een aanval bij de dokter zelf. Hij vraagt me steeds maar of ik zijn behandeling opvolg.
Ik durf hem niet te vertellen om welke redenen ik niets doe. (Baden, ether, valeriaan, Vichy bronwater.) Maar volgens mij is dat allemaal niet voldoende.
Schrijf niets over dit hele avontuur aan mijn moeder.
Mijn brief is wel verwarrend, hè? Ik vat het even samen:
- naar Lemer gaan, alle informatie van hem zien te krijgen die er maar zijn over de kwestie Garnier.
België meteen verkopen (het duurt drie weken voordat hij de laatste bewerking krijgt).
Niet de opzet verliezen.
De kopie van de drie delen die bij Lemer zijn moet zorgvuldig bijeen gehouden worden totdat ik naar Parijs ga.
Indien we Lemer aan de kant zetten, dan mag u uzelf in dat geval literair zakenman uit liefde voor mij noemen, en dan gaan we trachten om in februari de vijf andere boeken te verkopen.
De uitgever (wie dat ook mag zijn) moet wel weten dat Belgique volledig onuitgegeven zal zijn, en dat door de fragmenten te versnipperen ik er veel geld mee zou kunnen verdienen.
Mijn hartelijke groeten aan mevrouw Ancelle.
C.B.